Van mattenmaker tot zeilmaker
6 Ambachtslieden

Ja, ik wil haar troosten.”
Ik loop rood aan.
Ik vraag: “Wat voor een cadeautje zou ik kunnen kopen voor Cilie?”
De molenaarszoon zegt: “Als je dan echt iets wilt kopen.
Keuze genoeg.
Bij ons in het dorp maken ze van alles.
Wij hebben hier een mattenmaker, meubelmaker, pettenmaker, beddenmaker, botermaker, brillenmaker, fietsenmaker, glazenmaker, horlogemaker, kleermaker, klompenmaker, laarzenmaker, mandenmaker, mastenmaker, schoenmaker, stoelenmaker, stratenmaker, turfmaker, uurwerkmaker, wagenmaker, zadelmaker en een zeilmaker.”
De molenaarszoon weet van geen ophouden.
“Ho, ho stop maar, ik weet al genoeg.
Ik vind wel wat,” zeg ik.
“Succes, maar kijk wel uit voor haar,” zegt de molenaarszoon.
In de verte zie ik dat het bootje komt aandrijven.
“Ik ga weer, bedankt,” roep ik.
En ik kijk uit naar Cilie.
Ik hoor haar ‘sirene’:
“Wil je verder op ontdekkingsreis gaan?
Kom dan als de wiedeweerga achter me aan!”
Daar zit Cilie alweer.
Ze reikt me haar hand.
Ik stap in het bootje.

In Hoogeveen had je schoen- en kleermakers, timmermannen, ververs, kuipers, kasteleins, bakkers, brouwers, metselaars, koperslagers en nog veel meer...
Dit zijn ambachtslieden.
Rond de scheepvaart ontstonden allerlei werkplaatsen zoals mast-, blok- en pompmakers.
Er waren vele jeneverstokerijen en bierbrouwerijen.
In de 20ste eeuw werden er grote fabrieken geopend zoals Philips en Fokker.
Velen verlieten hun eigen bedrijfje en gingen werken in een fabriek.
De bevolking van Hoogeveen verdubbelde bijna in de periode van 1920 tot 1960 van 14.000 tot 26.000.

Distilleerderij
Zelfs de drank werd in dit winkeltje vroeger zelf gemaakt.

Pakhuis van Spanjaard
Vroeger stonden er aan het zuideinde van de Hoofdstraat meerdere pakhuizen.
Er is nog maar één van over.
Deze werd in 1879 gebouwd in opdracht van de joodse zakenman B. Spanjaard uit een bekende Twentse textielfamilie.

Terug --- Home

Hoofdstuk 5. Molenaar --- Hoofstuk 7. Opgravingen